Vlinderparadijs Dukstyna bos.

Land: Litouwen.
Meest nabijgelegen stad: Ukmerge.
Ligging: 55° 16´51“ N- 24°50´53“ E.
Hoogte: 50 tot 70 meter boven zeeniveau.
Oppervlak: 550 hectare.

          

Het Dukstyna bos (ook wel Zuvaj of Vaisgeliskis genaamd) in het midden van Litouwen is een van de meest bijzondere vlindergebieden van Europa. Het gebied bestaat uit bossen, graslanden en open zandige vegetaties in het dal van de Sventoji-rivier. Deze rivier vormt de oostelijke en zuidelijke grens van het gebied. Matig voedselrijke en droge kalkrijke graslanden zijn begroeid met allerlei soortenkruiden zoals Silene tatarica, Knolspirea (Filipendula vulgaris), Kruisbladgentiaan (Gentiana cruciata), Kleine ruit (Thalictrum minus ), Hertswortel (Seseli libanotis), Geel walstro (Gallium verum), Vogelwikke (Vicia cracca), Beemdkroon (Knautia arvensis), Sikkelklaver (Medicago falcata), Betonie (Stachys officinalis), Marjolein (Origanum vulgare). Op walstro is de rups van de Walstropijlstaart (Hyles galii) te vinden.
De bossen bestaan uit gemengde bossen met Grove den (Pinus sylvestris) en Zomereik (Quercus robur). In de bossen groeien in de ondergroei diverse soorten struiken waaronder Rode kamperfoelie (Lonicera xylosteum), Zuurbes (Berberis vulgaris), Steenbraam (Rubus saxatilis), Lijsterbes (Sorbus aucuparia), Hazelaar (Coryllus avellana), Rode bosbes (Vaccinium vitis-idae), Blauwe bosbes (Vaccinium myrtillus) en Vogelkers (Prunus padus). Ook groeien er kruidachtige planten zoals Lelietje-der-dalen (Convallaria majalis), Bergklaver (Trifolium montanum), Betonie (Stachys officinalis), Grote anemoon (Anemone sylvestris) en Zevenster (Trientalis europea).Regelmatig is hier de roep van Raaf (Corvus corax), Zwarte specht (Dryocopus martius) en Draaihals (Jynx torquilla) te horen. De rupsen van de Kleine ijsvogelvlinder (Limentis camilla) voeden zich met de bladeren van Rode kamperfoelie (Lonicera xylosteum). Aan de bosrand groeit Hertenkruid (Peucedanum cervaria) en Groot vingerhoedskruid (Digitalis grandiflora).
In de bossen langs de rivier met Winterlindes (Tillia cordata) en Zomereiken (Quercus robur) groeit veel Schaafstro (Equisetum hyemale) en Mansoor (Asarum europaeum).
Een deel van de rivier stroomt langs een prachtige afkalvende steilwand van circa 10 meter hoog. Hier is mooi te zien dat de Sventoji aan een kant de oever afkalft, waardoor een steile oever ontstaat, terwijl aan de andere kant juis materiaal wordt afgezet en hierdoor een vlakke oever gevormd wordt, waarop zich een grayige vegetatie vormt met Moeraskruiskruid (Senecio paludosa) en Lange ereprijs (Veronica longifolia). Op de steile zandhellingen langs de rivier vinden we bijzondere libellensoorten als Kleine tanglibel (Onychogomphus forcipatus) en Gaffellibel (Ophiogomphus cecilia). Ook leven er gewonere soorten als de Weidebeekjuffer (Callopteryx splendens) en de Bosbeekjuffer (Callopteryx virgo). Verderop groeit een fraai ooibos met Schietwilgen (Salix alba) op de drooggevallen delen verder van de rivier. In de wilgen roepen Wielewalen (Oriolus oriolus).
Oude rivierbeddingen zijn overgroeid met waterplanten en omgeven door oude elzenbroeken. In het water groeit Pijlkruid (Sagitaria sagitifolia) en Gele plomp (Nuphar lutea). Langs de fraai meanderend Sventoji rivier leven Bevers (Castor fiber), maar ook Grote zaagbekken (Mergus merganser), Oeverlopers (Actitis hzpoleucos) en Ijsvogels (Alcedo atthis). Met een beetje geluk is er een Zwarte ooievaar (Cicionia nigra) te zien.
De rivier en de graslanden erlangs worden intensief gebruikt voor recreatie. Er wordt gepicknickt en gezwommen. In het noorden van het gebied ligt een entomologisch reservaat.
In het gebied komen allerlei bijzondere vlindersoorten voor zoals Koninginnepage (Papilio machaon), Boswitje (Leptidae sp.), Moerasparelmoervlinder (Euphydrzas aurinia), Akkerparelmoervlinder (Clossiana dia), Keizersmantel (Argynnis paphia), Grote parelmoervlinder (Argynnis aglaja), Adippevlinder (Argynnis adippe), Kleine parelmoervlinder (Issoria lathonia), Tweekleurige parelmoervlinder (Melicta didyma), Oostelijke parelmoervlinder ( Melitaea britomartis), Purperstreepparelmoervlinder (Brenthis ino), Veldparelmoervlinder (Melitaea cinxia), Knoopkruidparelmoervlinder (Melitaea phoebe), Dubbelstipparelmoervlinder (Brenthis hecate), Boszandoog (Lopinga achine), Roodstreephooibeestje (Coenonympha glycerion), Rotsvlinder (Lasiomata maera), Tijmblauwtje(Maculinea arion), Voorjaarspikkeldikkopje (Pyrgus serratulae), Pluimdikkopje (Carcharodus flocciferus), Violette vuurvlinder (Lycaena alciphron), Grote vuurvlinder (Lycaena dispar), Zwart blauwtje (Aricia eumedon), Bruin blauwtje (Aricia agestis), Morgenrood (Lycaena virgaureae), Bruine vuurvlinder (Lycaena titurus), Staartblauwtje (Cupido argiades), Klaverblauwtje (Polyommatus semiargus), Tijmblauwtje (Maculinea arion), Boomblauwtje (Celastrina argiolus), Wikkeblauwtje (Polzommatus amandus), Iepepage (Satyrium w-album), Wegedoornpage (Satyrium spini), Eikenpage (Neozephyrus quercus), Kleine ijsvogelvlinder (Limentis camilla), Grote weerschijnvlinder (Apatura iris) en Kleine weerschijnvlinder (Apatura ilia). Van de Keizersmantel komt ook de forma valesina voor.
Ook zijn er genoeg gewonere soorten te zien zoals Citroenvlinder (Gonepteryx rhamni), Landkaartje (Araschnia levana), Koevinkje (Aphantopus hyperanthus), Klein geaderd witje (Pieris napi), Groot dikkopje (Ochlodes venata) en Gehakkelde aurelia (Polygonia c-album).